Oho Erlebnis, 1999, 150 x 100 cm, acryl
Bleke man
Iemand stond geruisloos voor het licht van een raam.
Even leek het of hij een dankwoord uit wilde spreken, maar
hij miste klank en ritme. De tijdelijke beginletter was zoek,
was weg gezwommen. De stabiele massa verdween in het
veld. Wat overbleef was het lichte vooraf spel, de prelude,
waardoor alle associaties constant verhuisden. Op die manier
wordt een mooie redevoering snel om zeep geholpen.
Bovendien kreeg de lange A niets meer met zijn korte H. De
vreemde kwam niet verder dan OHO.
Daarom dwaalde hij af van zijn voorgenomen doel. Fout!
Een dichter zou dat nooit doen, die houdt niet van gebakken
lucht of slappe bespiegelingen en dat is maar goed ook.
Hij weet wat hij wil, voelt zijn diepste binnen, laat zijn zwan-
gere hoofd niet langer dwalen en begint met schrijven.
In stilte weet hij precies wat hij wil zeggen. Het begrijpen
komt misschien later of ooit wel. Er is geen gat wat hem aan
kan gapen. Ongeloof is voor anderen. De dichter denkt hoog-
stens dat al die gaten een gezicht vormen. Zijn onderlaag
staat altijd op glimlach en hij verschuift de lucht moeiteloos
met blote handen.
Zo, beter zicht!
Van kinds af aan wist hij al hoe je dat moest doen. Hij had
alles vroeg op een rijtje, zei men. Bij hem moest je in zijn
kindertijd niet met praatjes aankomen. Hij was nog wijzer
dan de oudste eik. Muggen gingen eerder dood voor ze hem
konden steken.
Mijn geroep maakt niets uit.