Modderman, 2012, bewerkte foto
De modderkop
Iemand gedroeg zich als een spotlijster achter een paniekkat
aan. Niet heel lang, maar lang genoeg om erg hanig en peste-
rig het leven van een ander flink zuur te maken. Wat de ander
ook deed om er onderuit te komen, niets hielp. Woorden wer-
den niet verstaan of omgedraaid. Er werd veel modder gegooid.
Maar op een dag, een zwarte dag voor de modderspotter,
kwam iemand anders op het idee hem eens een lesje te le-
ren. Hij had een grote mond en scherpe tanden, dus beet hij
hem diep in het nekvel. Door zijn oude pak had de spotter
het niet zien aankomen en was ineens levend willoos. Hij pro-
beerde zich nog wat los te rukken, maar dat deed alleen maar
meer pijn.
Beschreven levens zijn vele malen interessanter dan levende
lijven, siste de aanvaller en beet de spotter dood.
Heel de buurt was blij met deze daad en men vertelde het
toch wel wrede verhaal nog jaren lang door. Minutieus werd
beschreven hoe die nare man met één enkele doodbeet aan
zijn einde was gekomen.
Vertel me alles van het begin tot het eind, langzaam en met
alle details, zei men dan. Het was heel opwindend ondanks
de bekende, lugubere afloop.
Voortaan heerste er een vredige rust in de wijk.
Vreemd genoeg hunkerde men af en toe stil en stiekem naar
de verdwenen, dode pestkop. Soms denkt men in een wolk
het gezicht van de plaaggeest nog te zien. Dat is zijn wraak.
Daarna gaat het heel vaak zo hard regenen, dat het lijkt alsof
de hemel brekend leegloopt.
Hij kan nog steeds geluk is onmogelijk doen.