Sloot bij Duurswoude, 1974, 80 x 80 x 80 cm, olieverf
Vroeger is toen
In de schaduw aan de bosrand stond een groot huis. Er waren
nieuwe mensen gekomen en alle grauwheid was volkomen ver-
dwenen. Dat kwam omdat die mensen behept waren met een
zekere leerlust. In het bos hoorde je nu geen enkele knieval
meer. Een eenvoudige houthakker had alles al zwaar bonkend
weggeslagen. Dieren gaven hem een warm applaus.
Wat eens onder oude lagen stof lag kwam al poetsend als
blinkend goud helder te voorschijn. Met de kracht van een
magneet van een bezetene, die zich maestro noemde, sloeg
de nieuwe man elke papzak aan flarden. Er zaten veel losse
elementen. Alles werd met overleg verwijderd en hard aange-
pakt. Een nieuwe, zonnige wereld verscheen.
Vlinders ontwaakten weer. Eenzame beenbleke bloemen kre-
gen hun kleur terug. Het verloren zaad rekte zich zo lang
mogelijk uit en liet zien wat echte natuur was. Hier was zeker
sprake van een groot geluk en rust.
Toen dat geluk het oude had weggestroomd kon de meester in
stilte verder dromen. Achter de oranje en bruine kozijnen was
de wereld één groot en mooi gebaar. Hij telde de talrijke spin-
nen voordat ze de vrijheid kregen. Heel de omgeving werd
losgezongen van vroeger. Alleen de naam van het huis bleef
nog bestaan, als anker en hommage voor de postbode.
Geen dag was meer hetzelfde, de dagen waren juist aange-
naam wisselvallig. Feiten overtroefden oude fouten. Niemand
raakte overwerkt.
Totdat het lot op een slecht moment het geluk in gekte liet
vallen. Toen spoelde alles blindelings weg. Eerst langzaam,
daarna sneller dan het leven. Niet meer bij te houden.
De weerstanden waren opgestaan, deden hun werk.
Nu is alles opnieuw zielloos en verlaten.
Soms hoor je daar nog een lauwe, jammerlijke klarinet in de
sloot bij het huis schrijven.