Trede,1975, overzicht expositie Galerie De Mangelgang, Groningen
De ruimte
Er is hard gewerkt. Het zweet ligt nog op de vloer. De zaal
is groot gemaakt voor een expositie. Zo wordt het werk mo-
numentaal, alsof het op een groot scherm wordt geprojec-
teerd. Maar dit is geen film. De zaal is niet verduisterd. Het
plafond is diepzwart, waardoor de witte bol lampen lijken te
zweven. Ufo’s gaan landen.
De kunstenaar weet wel raad met deze ruimte. Hier valt veel
te beleven. Zijn werken lossen op in de grootste tentoonstel-
ling die hij ooit heeft gehad. Alles is één met de aangeboden
ruimte. Nog even en dan is alles misschien weer verdwenen
als een Aspro bruistablet in een glas water.
Tussen hun kortstondige opkomst en verval lezen we telkens
de neergeschreven woorden, zodat er een eeuwig slot ontstaat.
Het is mooi om de wereld van de kunstenaar te betreden. Hij
heeft daarvoor in de hoek een enorme trede geplaatst. Je kunt
zo binnenwandelen als je wilt. Zijn wereld. Misschien vind je
daar wel het woordje Einde (the end and the end and…). Je
kunt je alleen los maken van dat eind als je je los maakt van
het beeld. Zolang je kijkt voel je je opgesloten, net als in de
laatste maten van een romantische symfonie. Sommige slotak-
koorden willen maar niet ophouden. Het is niet zomaar afgelo-
pen. Uitstelmoment. Je oog blijft steeds haken, zoals je tong
steeds weer die holle kies opzoekt.
Dit tijdelijke ogenblik mag zich net zo vaak herhalen als het
eindeloze klotsen van de zee. Voortkabbelen, daar gaat het
om, weet de kunstenaar. Het deinen, zelf ook in die oneindig-
heid zitten, is de heerlijkste, wiegende beweging die je er kunt
wensen. De zee verdubbelt, maakt alles groot.