Asceet

Bezoeker, 2013, boek 108, pagina 78

2013_bezoeker_bk108_p78k

Contact

Hij werd oud door zijn gevoelens, putte zich uit door gedachten.
Steeds weer staken verborgen gevoelens de kop op. Het vuur
wilde niet doven. Te veel zuurstof.
Gebrek aan discipline, zul je zeggen! Als je je even concentreert
en je verlangens verfijnt heb je zo een mooi leven. Hoe moeilijk
kan het zijn? Oneindig?
Hij was een asceet van zijn eigen geloof. Een kop koffie, een fles
wijn, het werk, de schoonheid vervangen uitstekend het heelal
met al zijn sterren. Daarom heeft hij nauwelijks behoefte aan
prikkels. Opium zit al in zijn ziel.
Zijn contact met anderen beperkt hij tot een minimum. Toch ver-
liest hij niet het vermogen om lief te hebben. Liefde voor het leven
is iets moois, blijft iets moois.
Nu hij zich ontdaan heeft van alle roem heeft hij alle tijd. Hij vond
allerlei argumenten om niets te doen. Dag in dag uit raakte hij
steeds meer doordrongen van het duistere besef die hij zich overal
aan moest onttrekken. Als dat geen persoonlijke inspanning is…

En toen kwam zij. Hij kon zich niet langer verbergen achter een deur.
De werkelijkheid kwam binnen en triomfeerde. Zandkastelen zeg je?
Dan was het wel goddelijk zand! Het rondreizen in haar maakte hem
op slag jong, zonder absurd te worden. Hij herleefde al zijn kinder-
jaren, werd qua gevoel tinnen soldaat (uit één lepel gesmolten).
Dronken van geluk verloor hij zichzelf enkele ogenblikken omdat hij
voelde dat hij leefde.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *