Schilder in het zonlicht, 1984, bewerkte foto
Andere tijden
Door de prachtige volle zomer moest ik vaak denken aan andere
tijden. De zorgeloosheid, groei en vleugels lagen nooit plat. Als
ik lachte zagen mijn tanden er nog gezond uit. In de liefde baarden
we ons tot dierlijke wezens. Zonder alcohol kon de wereld goed
draaien. Sarcastische opmerkingen maakten andere mensen,
wij niet. Wij deelden het goede, maakten een andere aarde. Iets
was nooit zo dom als het er uit zag, treinen stopten immers nog
op tijd.
Vaak stond ik als een halve Van Gogh in de zon te schilderen. De
wind woei geruststellend om de oren. Staand in het landschap
voelde het soms zo heftig alsof ik een vogel had ingeslikt: ik sloeg
mijn vleugels wijd uit, deed mijn zweefvlucht.
Als tegenpool denk ik nu aan iets wat me overkwam toen ik vier
jaar was. Ik droomde dat het sneeuwde op mijn verjaardag in de
maand februari, terwijl niemand me had vertelt dat er een kans
bestond dat het die nacht werkelijk zou gaan sneeuwen, het had
de hele nacht wel kunnen regenen. Ik werd wakker en de hele
wereld was zo wit als mijn vier jaar oude huid.
Dat was de eerste keer dat ik dacht dat ik de wereld kan veranderen.
Wat een genot!
Helaas is alles nu anders, dat is de schuld van de zon en een beetje
van deze tijd. Nu omvat ik de tijd met mijn rondingen. Oneindigheid
is een lastig recept. Ik wil zoveel en nog meer, meer, meer.