Beterweter, 2013, boek 111, pagina 38
Ander geluid
Het geluid wat hij voortbrengt nestelt zich graag in de nachtelijke
holte dingen van de dingen. Daarna werd het een vage kreet, ver-
gezeld van het piepende slingeren van een uithangbord.
Nog iets later schiet hij krijsend de ruimte in, hij is bang voor de
hoorbare stilte. Daarna is er alleen maar de wind, het slaperig merk
van de doffe angst. Ramen trillen.
Hij slaapt nooit. Hij weet. Hij is.
In de grote helderheid van vandaag is de rust van goud. Hij zou
zachtheid willen, maar de zachtheid wil niet, de zachtheid droomt.
Het zoeken naar waarheid daar gaat het om.
Ik zou zeggen zie wat meer naar kunst. Kunst haalt je bij de waar-
heid vandaan. Kunst is toeval en levert ruimte voor iets anders.
Kunst stelt niet tevreden, zij roept op. Als je zegt ik zie, is dat heel
wat. Kunst moet je onbekommerd bekijken. Pas dan zal het je bij
al het andere weghalen.
De meeste mensen laten hun gevoelens nooit weten wat ze voelen.
Ze spelen mee, gevoelens glippen weg. Men wordt nors, zwaait met
wilde zwaaigebaren en zegt dat dat geestelijke objecten zijn.
Hij weet beter, altijd: Gelooft u mij, ik voel altijd wat ik zeg, ook al
ben ik een man, ik zeg het al met mijn blik…mijn blik is meer
dan voldoende.