Mr.Gloomy, 2013, boek 111, pagina 39
Sombermans
Hij had een hard leven, dacht te veel na. Het geluk lag bij hem niet
op de lip. Zijn leven kwam niet zoals het kwam, nee, het nam zoals
het nam. Toch was hij geen doorsnee man.
Zijn moeder zei altijd: denken is vernietigen. Daarna kwam de uitleg.
Het denkproces zelf toont dat aan, want denken is ontrafelen. Alles
wordt maar onnodig ingewikkeld. Duizenden ingewikkeldheden ma-
ken niks beter. Als mensen konden nadenken was het leven minder
ingewikkeld, de ziel hoefde dan niet meer zo te loeren.
Kwade tongen spreken dat mensen zich dan zouden doden van
schrik. Ze zouden niet meer kunnen leven. Dus houdt op met dat
denken!
Het is vroeg in de avond nu ik dit schrijf. Het is spontaan opgehou-
den met regenen. Er hangt iets vrolijks in de lucht. De dag verloopt
niet langer grijs, het flets blauwe neemt het over. Alles krijgt de kleur
van straatkeien en het doet nog steeds pijn om te leven. Voelen is
van geen belang. De kleur moet komen.
In het minder bleke en minder uitgesproken blauw weerspiegelen
de ruiten. Dit is het onbepaalde tijdstip, geleidelijk glijdt de avond
in. De avond wordt meer avond, daalt zachtjes neer.
Daarna doet hij zijn gewone werk. Pas dan voelt hij zich onbewust.
Onbewustheid is geluk, geen pijn. Hij daalt zoet neer, zijn hand
tekent een gekwetst moment. Daarna is het over. Het woord wee-
moedig verdwijnt ver achter de horizon, het hart vertelt, de weer-
zin verstart of wordt monotoon.
De grote vermoeidheid is niet meer in de ziel. Degene die hij was
wil hem somber stemmen, maar struikelde al bij de zonsondergang.
Er ontstaan prachtige werken in de stilte van de jonge uren.
Een toevallige geur strijkt aangenaam langs de ontvankelijk neus.
Het doek haalt herinneringen op. Hij is nooit meer alleen. Hij zou
hoogstens nog kunnen huilen om de stilte van dichte deuren.
Een heel apart schrijven!
A:
als je je hersens even apart legt is het niet meer moeilijk te denken.
dan rolt het ene gewoon over het andere. de persoon in het verhaal kan dat.
J.