Achterzon

2 Hurkende i’s, 2013, boek 112, pagina 13

2013_b112_p13_2 hurkende i-s_k

Aanbidding

De mensen kwamen uit de achterzon. Het roerloze midden was
net gepasseerd. Na de dampende damhekken kwam het vreemde
dorp tevoorschijn. Uit het niets. Nu nog de lucht van een oud aard-
appelveld en je zou zomaar gelukkig kunnen worden.
Ga zitten.
We waren allemaal te laat natuurlijk, wij kennen geen haast.
Hij was blij ons te zien. De zon leek ervan te gaan stralen. Soms
ben je te laat als je iets net gehoord hebt of je neemt iets te laat
afscheid van het vorige. Te laat hoeft niet altijd iets treurigs te zijn,
soms blijf je door je uitstel juist langer in leven.
Ga uitzitten.
Daar zaten zij dan, twee aan twee. Met de gloed van de aardgeest
vertoonden zij hun eigen schaduw. Even leek het of hun adem zong.
Zij bevrijdden zich van de luchtmens. Het was ontoelaatbaar mooi.
Met hun bevende gebeenten speelden ze met de hoogste lichtbron.
Hier was niets meer tegen alle regels in. Hier was alleen harmonie.
Hier schuifelde de grijns van de vijand voorbij. Er was niet eens
ruimte voor zijn schim.
Hier was de ruimte zo diep als de wieg en het graf.
Ga niet liggen.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *