Verdieping, 2014, bewerkte foto
Gekaapt
In het verbleekte bos stond geen boom meer overeind. De schui-
mende heren hadden het verboden. Ze stonden boven op de tafel
luid te schreeuwen: weg met dat bos! Kappen die handel!
De slapende stad werd wakker, nam lallend en lachend van plezier
het land. Alleen uit de hemel viel een ontzaglijke bui, zodat alle grond
onder de voeten werd weggespoeld.
Men vond het zonde en jammer want op een klonterige brei valt
het niet mee om iets te bouwen. Men mekkerde hevig.
Later:
hier en daar kwam een vliering weer op , zodat de plaatselijke
dienstmeisjes thee konden gaan zetten voor de dorstige heren.
Even leek het gezellig te worden, maar het was meer gecellig, dus
onvrij ondanks de kleurige uitnodiging in het avondblad.
Uitnodiging?
De burgemeester, dat vet varken, had zijn burgers uitgenodigd om
de verlepte tong met engelen geduld te beschrijven. Wie het beste
verhaal had kreeg het stuk bedorven land en mocht er weer bos
van maken.
Het was een rare, bestuurlijke kronkel, zoals je er zo vele hebt in
deze tijd. De mensen roken hun kans en deden hun uiterste best
om iets moois te verzinnen. Hebzucht maakt mensen meer creatief.
Wellustige wetten werden snel overtreden, wat eens ontbindend
was gestorven stond weer op, tussen de glazen vielen de scherven,
helse stenen pijnigden het hoofd. Het leven was één groot o-la-la.
Uiteindelijk vond de burgervader geen enkel verhaal goed genoeg
om te prijzen en bleef het land tot aan de horizon een kale heuvel.
Het wachten is nu op frisse lentekleuren.
Op een dag is het grauw ontgroend en omarmt ons het sappig groen.
De gestaalde natuurwet hoeft geen dromende vuilnisman in dienst te
nemen, zij gebruikt alles.
De natuur schrijft geen mooie verhalen, wacht niet, leeft niet van
vrees. Daarom is de mens van vlees en bloed, niet van natuur.