Uitschudhond, 2013, boek 112, pagina 34
Hond
Kwade honden zijn niet lief.
Kwade honden zijn spelbrekers, ze maken misbruik van hun gebit.
Pijn heeft geen getal, maar leeft wel voort in lange herinnering.
Als de eerste minuten van schrik zijn verdwenen vlamt de scherpe
pijn voor altijd door. Het zal je nooit verlaten.
Je troost-methoden worden bij de jaren steeds beter om tenslotte
alles zogenaamd totaal te vergeten. Iedereen heeft zo zijn eigen
verleden met onbescheiden schimmelranden, maar in de zomer van
1950 was het bij mij goed raak. Ik was vijf, de hond beet diep
terwijl ik juist iets liefs deed. Ik gaf hem een uit de mond gespaard
stuk brood.
Zijn lied was niet de mijne en ik onderging een lichte bijna dood
ervaring. Koude opschrik door een dolle bijtdemon.
Hoe mooi het beest daarna ook kwispelde, ik was genezen en gaf
voor altijd geen onvoorwaardelijke liefde meer.
De ondankbare hond droop af.
Twintig jaar later nam ik zelf een hond om hond mee te worden.