Kleurlat, 2015, bewerkte foto
Nieuwe start
Licht moest er komen in het huis en licht kwam er. Licht en hoogte.
Ademruimte. Hij wou een huis waar hij alles nieuw was. Een huis
zonder herinneringen.
Want wat heb je aan herinneringen? Misschien zijn een paar van
belang. Zijn herinnering liet hem allang in de steek. Hij zou alles
willen vergeten en alleen maar poëzie en wat anders willen schrij-
ven. Het liefst met hersenen die even gevoelig zijn als de huid van
de vingers van blinden.
Je kunt jezelf net zo veranderen als de ruimte rondom was zijn
stelling. Sterker nog: je kunt zelfs zeggen dat niets je meer pakt
zonder daarbij ongelukkig te zijn.
Dus schreef hij over gelukkige gedachten op gelukkige dagen.
Op het schoolplein voetbalden kinderen in trainingspakken. Verderop
had een werkster een hoop dorre bladeren in brand gestoken. De
herfst rook lekker. Het knetterde grote regendruppels. Men ging nog
lang niet naar huis. De plant stond nog midden op de tafel. De stad
werd steeds bonter, het weer steeds zonniger.
Om kort te gaan, hij luisterde die dag veel naar muziek.
Hij had een rustgevende plaat van Pink Floyd, waarop je heerlijk
kon insluimeren en ver wegdromen. Blauwe wolkjes verschenen
vanzelf in de woonkamer. Zachtmoedige dieren nestelden zich
voorzichtig tegen hem aan. Mooie kleuren ontwikkelden zich traag.
Hij was onder de indruk van zichzelf. Moest er bijna van huilen.
Amper tien minuten later stortte hij in het voorbijgaan in. Zomaar.
Tot hier was de lat gekleurd. Je moet nooit verder gaan als de
bocht. Verderop wordt je overal herkend en bekeken.
Hij voelde zich te klein voor deze grote ruimte.
Deed het licht uit. Sloot de ogen.
Puntjes groen en geel passeerden in een heftige krioel.
Hij voelde zich een in stukken getrokken stotterwoord.