Vaarwel, 2013, schets
Gefluister
een nieuwe avond fluistert door mijn tuin, ik luister
het idee is de grootste leugenaar, dat weet je
je werk spiegelt als een roestige munt in het water
piepende oksels verraden angst
iemand sloeg het anker van zijn ego
vuur is lief, kan lief zijn
na glansrijke tranen ben je terug op aarde
morgen ben ik een ander mens
het spannendste moment bleef in de mouw hangen
een ondergaande zon, dat ben ik
man van het aaien en weer laten gaan
kus kus, dag dag, zwaai zwaai
toen de schreeuw nog een echo was
er is nog meer licht tussen mijn oren
mijn spannende spieren lieten mij niet slapen
oude ogen zijn verhalende rimpels
sommige zinnen hangen in de helhete zon
alles tegen alles, omdat niets beter is
verval van de dag, zo was het, zo is het