Compositie (gouache), 1964, bewerkte foto
Alles gaat tenslotte voorbij
In de grote helderheid van vandaag is de rust van geluiden van goud.
Volgens mij ligt er veel zachtheid in wat er zal gaan gebeuren. En als
iemand zou beweren dat er verdoemenis heerste, dan zou ik zeggen
dat het niet waar was. Vandaag is alles zacht. Op een dag als deze
kan er echt niets gebeuren, want de zachtheid van alles maakt ge-
woon bezwaar.
Heb je ooit gedacht hoe onvindbaar je voor mij bent? Heb je ooit ge-
dacht hoe slecht wij elkaar eigenlijk kennen? Wij kennen elkaar en
toch zien we elkaar niet. We zijn schipbreukelingen van ons begrip.
Als zuivere uitlegger weet ik, mijn onbekende, hoe wij elkaar zijn
gaan verliezen. Geleidelijk aan, met de allerbeste bedoelingen, ver-
vreemden we van elkaar. De fantasie werd as.
Is dat de charme van het verleden?
Ach, herinner me er niet aan, want zich het verleden herinneren is
er het heden van maken en dat klopt dus niet. Van het verleden is
bekend dat je er van af moet blijven, begrijp je? Doe dus heden.
Misschien zeg je nu wel om jezelf een houding te geven dat ik leuter.
Alles is misschien niet waar, maar ik blijf erin geloven. Punt.
Maar als ik dit alles alleen denk om mij een genotsgevoel te geven,
dan wil ik die waarheid niet. Die angstaanjager is mij te pervers.
Mijn hoofd en de wereld doet al zo zeer. Dat heb je bereikt.
Die pijn ken jij natuurlijk niet, jouw geest pikt alleen in oude lijken.
Geen enkel probleem is echt oplosbaar. Het is een probleem.
Niemand van ons twee kan de Gordiaanse knoop echt doorhakken,
we kunnen alleen maar doen alsof.
Tijdens de vele momenten van afstandelijkheid waarin ik mij bewust
was als individu, zag ik toch vooral door de ogen van een ander en
vroeg me af wat voor indruk ik ooit fysiek op je maakte. Ooit!
We spraken elkaar toch min of meer toevallig aan?
Ik zei het al: er ligt veel zachtheid in wat gaat gebeuren vandaag.
Andere dagen denk ik veel erger over je.