Handberg, 2015, bewerkte foto
Vaarwel
Een meester zette wat kleurvlekken op de wand omdat zij helemaal
wit was. Iets kleuren is een daad en doet er toe. Zonder kleur kan
de papegaai niet paaien. Goed gekleurd goed gekeurd.
De kleurenman staat daarbij aan gevaren bloot, men kan gaan
spotten met zijn daad. Het giftige cadmium zal altijd terugslaan.
Bij nadere beschouwing maakten de vlekken een warme hand, een
adieu, geen kleurloos lied.
Toen de schilder met al zijn vingers schilderde was zijn hoofd vol
goud, de schellen vielen hem uit de mond. Hij gaf troost aan het
beton. Het zoeklicht van de liefde heeft meer dan tien vingers aan
één hand. De verf druipt uit zijn baard.
De kunstenaar droomt wat de bezoeker ziet. Het is zijn kiekeboe
carrière. Zijn bron is vuur op het water, er is geen andere bron. Hij
houdt de bron schoon en schudt de kleuren van het onwerkelijke,
ook voor de kleingelovigen.
Voortaan wordt er gehoord, gezien hoe het leeft voor de dood.
Zo werd het verwekt, zo werd het ontdekt. Wat niet zoekt moet
worden gezocht.