Sleutelwerk, 1998, tekening, 80 x 65 cm
Ander volk
Zover zijn wij gekomen, dat niemand van ons de sleutel heeft of
probeert stil te staan om om zich heen te kijken zoals een wandelaar
doet op een verlaten landweg. De verte ligt in het verschiet en is
tegelijk heel dichtbij. Iemand zonder gedachten passeert, je hoort
hem niet of nauwelijks. Hij heeft geen verleden, geen gedachte
blijkbaar.
Ik hoorde dat hij, nadat iemand van ons had geweigerd de weg
te zeggen, steeds zijn eigen weg zocht, zoals iedere kunstenaar.
Soms gaat hij gewoon zitten om een sigaretje te roken, een
aardig tijdverdrijf, terwijl hij niet ontheemd is. Bij hem is dat
mogelijk. Hij weet immers altijd de weg zonder richting.
Toen we dat hoorden hebben we elkaar verbaasd aangekeken.
Niemand van ons kwam op de gedachte om ook zo te zijn.
Wij zijn ander volk wisten we. Misschien dat iemand van ons in
een boze droom hem op de rug zou springen, de beide bungelde
benen rondom onrustig heen en weer schoppend. Hij zou niet op-
kijken en gewoon doorslenteren met onbekende snelheid.
Tot het moment dat hij zich om zou draaien om verpletterend op zijn
gezicht te vallen.
Terug naar de werkelijkheid: misschien was dit geen droom.