Een reizende haast zich nooit, 2000, acryl, 30 x 40 cm
Voettocht
Wandeling.
Het wankel evenwicht dat de voeten opvoeren wordt met keel en
tong aangevuurd. Men zingt het hart uit de keel, vergeet het leed
en pakt de lust. De natuur volgt.
Hier en daar kleeft de echo van een leeg leven nog. Niet naar
luisteren. geen aandacht geven. Eén zijn met het bovenaardse.
En als het applaus aanzwelt en sommigen buitensporigheden
gaan gooien, weet men nog van de duizend duizelige voetpassen.
Moe.
Alle tenen zijn weggedacht uit het voetpaleis, de drager is geplet
plat. Puur uit speelse mateloosheid! Het wordt nu tijd om draaiende
wielen te zoeken.
Als het glas moe is en de stoelen gekromd achter blijven, dan is
het druk bij de spiegels. Elke spiegel heeft zijn eigen portret.
Gordijnen zakken plotseling ineen. Een verdwaalde dolk kan zo nu
en dan in een net passerende rug vallen. Even opletten!
Even later is de borst te benauwd om aan te horen, het lijkt wel of
een lege peperzakje is opgeblazen.
Val.
Bij het vallen blijkt de hardste hardstenen trap net iets te hard.
Langs de onstandvastige zekerheid is ineens het einde daar.
Iemand trok zijn vest even recht. Wel zo netjes.