I told you so, 2016, boek 114, pagina 18
Leeg
Ze hadden beide last van netheid na de plundering. De overgang was
te groot. Het gemurmel van de zonnestralen, als een voortdurend
parfum, kwam hard aan.
Ooit hadden ze elkaar ontmoet om elkaar weer te vergeten als
stromend water, terwijl ze ook elkaars vlam waren. Mensen hebben
diep gekoesterde meeldraden van een soort inkt, die de leegte van
een mens laat rondspoken. In plaats van elkaar te omarmen, maakten
ze elkaar juist armer. Aan uitgemergeld vuur kun je je niet warmen.
Ze rilden kort bij ieder uitgesproken woord.
Vroeger leenden ze elkaar ieder woord. Het was een zoektocht naar
de andere ik. Verfijnt en soms angstaanjagend goten zij hun zinnen
in bloed en vlees.
En nu zingt het as op deze vastgestelde dag. Ik had het nog zo gezegd.
Ze wilden niet luisteren.