Takkenwijf, 2012, bewerkte foto
De daad
Op dat moment vond ze op de tast een bezem die tegen de muur stond.
Ze had nu een wapen en wist haar belager op afstand te houden.
Ze zwaaide het wapen gevaarlijk hoog en sloeg toe. Met een duidelijk
hoorbare klap viel de kop van de bezem tegen de slaap van de man. Hij
viel neer.
Ze hurkte snel neer, met de bedoeling hem uit huis te rollen. Weg met
het gevaar! Maar toen zag ze ineens dat het geen man was maar een gekke
vrouw. De vrouw was niet dood en kwam vloekend overeind, zij zou haar
aanvalster mores leren met korte metten.
Die metten groeiden zomaar aan haar lelijke lijf. Ze had geen armen, maar
metten met dunne, roetsvrijstalen punten.
De bezemvrouw zette een luide, scherpe keel op. Het geroep en gevecht
werd opgemerkt door haar zoon, die uit zijn slaap gewekt werd. Hij pakte
zijn staaflantaarn, het licht was uitgevallen en vloog de trap af. Beneden
zag hij in het scherpe schijnsel zijn moeder in een heftig gevecht met een
insluiper.
Als een kat in het nauw weerde de gekke vrouw het felle schijnsel af.
Je zag nog net dat haar hoofd transparant leek. In haar hoofd groeiden vele
takken. Zij was dus het takkenwijf!
Met vereende krachten wisten moeder en zoon de brandbare mettenvrouw
uit huis te drijven door met brandende lucifers te dreigen. Het werkte en de
lelijke heks zette het op een lopen, zwaaide af en toe nog met één van haar
korte metten.
En zo is het woord metterdaad eigenlijk ontstaan, als verbastering van deze
mettendaad. De volksmond staat vaak een beetje raar.
Haha een daadwerkelijk takkewijf met dr rare metten!
later maakten ze van metten mettenkloppers
nog later spraken ze dat deftig uit met mattenkloppers…..
J.