Schilder

2 Werken, 2016, bewerkte foto

2016_2 werken_bf

Abstract

Omdat ik helemaal wit ben zet de meester vijf vlekken op mijn huid.
Was ik zwart dan deed die daad er minder toe; men zag het slecht.
Zonder kleuren kan niemand kukeleku kraaien en met vijf kleuren
komen we een heel hihaho eind. Totaal uitgekleurd is het daarna
helemaal lachen en zijn we goedgoedgoed geraakt.
Het allerliefst ben ik een groot zwart vlak, groter dan een mens, dat is
pas goed.
Laat de kunstenaar dan zijn hoofd maar lekker breken, ik ben er klaar
voor. Mijn maker moet mij op tijd gepaste penseelpootjes geven.
De schilder, bezeten en genadeloos, schildert met ferme toets.
Toch moet hij wel degelijk oppassen. Hoeveel giftig cadmium kan hij
verdragen?
Hoe dan ook, de schilder moet een scheel beest zijn, die dwars door
het doek kan zien.
De rode schellen moeten daarbij spontaan uit zijn mond vallen.
Zijn uithangbord moet de stad troosten.
Iedere uitgeknepen tube moet achter blijven als een stijf opgerolde,
murmelende mummie.
Als zijn hoofd niet van goud is valt het gelijk door de mand. Houdt de
bron schoon voor later, iedere verzwegen schade blijkt immers een
moordkuil van het even onbewaakte.
Schudt dus de kleuren van het radeloze als een wiewaworm van je af.
Zo maakt men een schoon schilderij.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *