Dubbele blik, 2016, boek 114, pagina 55
Simpele weg (swami praatje)
Er bestaat een conflict tussen de geroepen mens en de wereld.
Het volstaat niet dat men alleen luistert naar de Muze, men heeft
ook wat kennis nodig. Om dat te raken zijn andere mensen welkom.
Daarbij komt nog iets extra’s: je moet je nooit afvragen waarom
hij of zij het wel weet en jij niet. Niemand weet alles. Iedereen weet
voorlopig iets, meer niet. Kennis is klein.
Je moet dus dankbaar zijn als je iemand vindt die kennis wil delen.
Het zal niet vaak gebeuren, zeker niet zonder ellendig eigenbelang.
Met dat nieuwe extra komt de wereld. Dat is mooi. Dat is voedsel,
dat geeft ervaring.
En als je dan botst, niet alleen in je eigen stadje, maar met de hele
buitenwereld?
Dan moet je maar bedenken dat het geen competitie is.
Maak het niet vreemd voor de wereld, groei door en wordt wijzer.
En dat monsterlijk lelijke dan?
Voor die opvattingen en verwensingen is nooit plaats genoeg.
Het is het akelige rumoer van de toeristenkoets. Dat gaat ondraaglijk,
ononderbroken door, vervuld van eigen lawaai. Zij laten zich altijd
door anderen trekken, hebben zelf weinig of geen kracht. Het is wrang
om te zien hoe ze zonder besef steeds te kort schieten. Ze zijn levend
failliet en weten niet hoe het kan of moet, omdat ze lomp zijn.
Wees liever onbevangen, oordeel niet en tel je vergissingen of sterf
in plaatsvervangend schaamrood.