Sterrenjongen, 2013, tekening, A4
Het kunstje
Ik ben hier mijn broer. Ik ben hier waar jij was.
Ik heb het gevoel dat ik je kan vinden terwijl je wacht.
Even voelde je de verdoving, maar nu ben ik jou.
Ik ken je eenzaamheid, die ik nu met mijn eenzaamheid vul, waar-
door jij niet meer eenzaam bent.
Jij bent nu mijn schim en voelt mij altijd.
Broederliefde is geen maskerliefde. Je bent gebrandmerkt door
afkomst. Je bestaat onverklaarbaar in elkaar.
En zoals ik ben gekomen ben ik nu weer verdwenen en helemaal
mijzelf en jij bent gewoon jij.
Ik ben zoals ik heb beschreven. Zoals je leest.
Ik barst van het leven en ga niet dood.
Als ik wel dood zou gaan, dan vang ik alle stukjes op en maak mij
zelf weer heel. Ik voel mijn krachten. Ik ken mijn krachten.
Ik heb gedanst op de drempel van onwetendheid, nu kan ik alles
oplossen. Het is maar een kunstje.
Ik ben de bedoeling. Ik ben een sterrenjongen.
De bedoeling verandert alles. Altijd.
Ik ben mijn vriend, die alle harteloze spiegels laat breken.