Beetje gek

Het blauwe huis, 2011, bewerkte foto

Nachthuis

De nacht valt als een vacht om mij heen. Ik moet nadenken, maar weet
niet waarover. Mijn gevoel, een dier dat zich niet hecht, speelt parten.
Ben ik wel die ontnagelde gek, zoals men zegt?
Misschien sta ik enigszins op losse schroeven, ben ik een kleinschalige
streber. Ik krijg het niet helder, alles blijft onscherp. Zelfs als ik inzoom
krijg ik een ontrimpelde close-up.
Ik besluit met mijn ogen mijn hart te bekijken. Mijn hand streelt het
papier zacht. Het wellustige talent doet de rest. Ik ben namelijk op mijn
best in de nacht. Geef mij maar een nachthuis en ik maak daar de mooiste
dingen. De nacht is mijn inspirerende zon.
Aan de witte zonnetafel, waarvan ik als kind al droomde, heb ik gouden,
gelukkige ogen en bestaan schaduwzijden niet. In die ongedwongen stilte
zingen mijn slavenvingers. Seconden lijken stapels op smalle lippen, als
scherven vuur op de neus van de duisternis. Ik bedoel maar.
Ik noem mijzelf goed. Dat mag. Mijn schimmel is tevreden. Ik ben goed
en doorzie mijzelf helder. Ben dapper in alle koplampen.
Kijk, als topmens heb ik alle sleutels, ben mijn eigen leverancier.
Verder is de rest stoffig en flets. Heel flets.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *