Schemerpraat

Laatste pad, 2011, computertekening

Lange schaduw

De volle glazen bewerken of breken ons. Je moet niet te diep in dat woud gaan. Je
vecht daar niet alleen met het hout, maar ook met het sap en het verse gloeiend
groen. Dus beveel ik: vernietig al die spiegels, er zal geen lamp branden.
Laat de rottende heesters ook liggen, die zitten vol koude stoom. Daar huilen de
hese honden om de maan te verstommen.
Je moet blij zijn als alles voorbij is als je daar ligt. Het wezenloze land ligt
mooi te zijn. In stroken, met gezellige acacia’s, ligt de horizon verderop rustig
te ademen.
En jij, de klont in de pap, bent uitgeteld. Meer dan het bos of de akker behoor
jij de aarde toe. De hoge luchten pakken nu nog het verloren licht. Nog even
en de spekvette maan zal je vinden.
Schemer is een hinderlaag, weet je nog dat je moeder dat zei?
Nu je daar zo weerloos en alleen ligt pas je wel op voor de vrijbuiters? Die zijn
bepaald niets preuts en zoeken onbemande personen om hun slag te slaan.
Vele sweethearts waren daarna opgetuigd met rollende tranen. Immoreel aan-
gepakt verloren zij hun eer door die tronies.
Het is een lange, bleke weg. Een eindeloze lege weg die naar eindeloze steden
leidt en in die steden wonen de mensen met hun eindeloze, verwonderde ogen.
De terreur van het getal maakt alles langzaam vermolmd.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *